Gisteren zijn we naar Beverwijk gereden. Hoewel het vrij vroeg was (voor ons doen) was het op de zaterdagochtend toch erg druk op de wegen. Al moet ik bekennen, dat we al heel lang niet naar het westen des lands gereden zijn. Het zal al gauw ruim 10 jaar geleden geweest zijn, toen we de 3-oktoberfeesten in Leiden bezochten.
Afgezien van de drukte, bleken veel wegen meer rijbanen te hebben dan voorheen. Globaal weet ik wel welke richting ik zou moeten aanhouden. Die lagere-school-tijd kennis is nog wel aanwezig. Maar ja, toen moest ik vertellen via welke plaatsen ik van Leiden naar Eindhoven moest fietsen of varen. Zo leerden wij dat ooit. Tegenwoordig weten ze niet eens wat Assen is en waar die stad ligt. 😑
We reden dus via Almere, Amsterdam over de A9 richting Haarlem en Velsen. Ik ging er vanuit dat daar dan wel weer Beverwijk op de borden zou staan. De routeplanner van mijn telefoon was ook geregeld in de war vanwege die nieuwe wegen. Voorbij Haarlem dook inderdaad Beverwijk op. Plots zag ik een bekende naam opduiken. In die zin bekend, dat ik in december 1960 aan boord van de Prins der Nederlanden door dat water vanaf Amsterdam naar de Noordzee gevaren ben. Op weg naar Curaçao voeren we dus ook over de Velsertunnel. Via de A22 kwamen wij in Beverwijk aan.
Nee, we kwamen niet voor de Zwarte Markt. We gingen over en weer kennismaken met de bewoonster van ons komend vakantieadres. We gaan daar op een kater en een cockerspaniël passen, terwijl hun baasje met vakantie is.
Na de introductie hebben we wat rondgekeken. Niet uitgebreid, want dat bewaren we als we daar verblijven. Dit keer zullen we dicht bij het centrum zijn. Dus dat wordt weer gewoon lekker op de fiets.
Op de terugweg hadden we een paar keer te maken met asociaal weggedrag. Maar ja, we reden wel in het westen van het land. Het wilde westen.