maandag 23 maart 2020

Stamppot bietjes

Vandaag alles voorbereid om een stamppot van rode, gekookte bietjes te maken. Zo hoef ik straks de boel enkel op te zetten en intussen wat fijn gesneden spekkies met twee wat grover gesneden uien uit te bakken. Dat mengsel gaat straks in de stamppot. We eten de bietjes ook met fijn gesneden rauwe ui. Net zoals bij de haring. Maar dit keer met een speklapje.
Ik hou ervan tijdig dingen te doen, zodat ik me niet hoef te haasten. Als ik aan haast denk, dan denk ik vaak aan mijn lieve mamma. Die zei soms : "Je moet even vlug naar Braam (kruidenier) om zus en zo te halen!" Ze drukte dan het boekje in mijn handjes, waarin de boodschappen genoteerd stonden. Met dat boekje werd geregeld afgerekend, want boodschappen gingen vaak op de pof.
Ik spurtte dan naar buiten, want het was 5 minuten voor sluitingstijd. Dat was mijn mamma. Zo ben ik ook een keer alleen in de NZH bus gestapt. Ik moest de bus 'vasthouden' totdat mamma er was. "Ik kom er zo aan", riep ze me nog na. Later leerde ik dat veel vrouwen op het laatste moment nog even in de spiegel moesten kijken. Wist ik veel. Daar stond ik dan, in de bus. De deuren gingen dicht en de bus begon te rijden. Volgens mij kende de chauffeur mijn moeder en mij. Ik was nog wel zo helder hem te vertellen, dat mijn moeder nog zou komen. Hij liet me bij de Hoogmadeseweg voor het huis van de dominee weer uitstappen. Toen ben ik naar huis teruggelopen. Daar stond mijn moeder nog steeds of alweer voor de spiegel. We namen toen de volgende bus. Maar dit keer liep ik achter haar aan. Dus bij mij moet men niet met 'haast' komen aankakken, want dan ben ik niet thuis. Dan zit ik weer in die bus.