Onze Tom is een rode, gecastreerde kater. Meneer kende een valse start in zijn leven. Hij werd op jonge leeftijd opgesloten in een kamertje. Zijn toenmalig personeel was bang, dat hij hun baby'tje zou opeten. Angst is een slechte raadgever, dus kreeg Tom eenzame opsluiting opgelegd. Maar gelukkig werd hij bevrijd door Sonja. In Dronten moest Tom aan alles en nog wat wennen. Zelfs van vogels schrok hij. Tom aanraken en dus aaien vond meneertje ook niets. Maar met de tijd werd Tom alsmaar vrijer en accepteerde hij aanrakingen en ook aaien. Tom ging zich steeds sterker voelen, ook buiten. Hij werd zelfs pleinhoofd hier; de baas van alle andere dakhazen in de buurt. Zo zie je maar, met de juiste begeleiding kan je heel hoog komen op de maatschappelijke kattenladder.
Tom slaapt flinke gaten in de dagen. Soms maak ik hem wakker. Dan zeg ik vriendelijk : "Tom, ze willen je wakker maken!" Tot op heden lijkt hij me daarvoor dankbaar te zijn. Hij kijkt me slaperig aan en miauwt zachtjes : "Dank je." Ik versta geen kattentaal, maar afgaande op zijn blik en de toonzetting denk ik dat hij mij bedankt. Of zou ie -net als ik bij hem- mij voor de gek houden en heel vriendelijk zeggen : "Donder op!"? Nee toch zeker.