Als ik de kans zou krijgen, dan zou ik onze volksvertegenwoordigers heel andere vragen stellen dan menig journalist en/of gespreksleider dat doet. Telkens weer bespeur ik in gespreksgroepen dat men enkel 'gewenste vragen' stelt en geen echt kritische. Tenzij de gast een partij of groepering vertegenwoordigt waar men zwaar tegen is. Dan zijn er niet zozeer kritische vragen maar meer nare opmerkingen, sneren enz. en geeft men de gast niet echt de gelegenheid zijn zegje te doen.
Zo zou ik onze dames en heren politici willen vragen, waarom zij belastinggeld geven aan buitenlandse politici die wereldwijd bekend staan vanwege hun corruptie. Immers, wie hen willens en wetens toch geld geeft is zelf toch zeker ook corrupt? De documentaire Sahara laat weer eens zien, hoe corrupt Afrikaanse regeringen zijn. Zouden onze politici soms innige criminele banden met hen hebben? Hetzelfde geldt voor landen als Oekraïne, Turkije, Roemenië, Albanië enz. Dat die landen hulp krijgen is een goede zaak, maar de manier waarop niet. De manier waarop, van regering naar een corrupte regering, niet. Die komt overeen met het geven van geld aan een verslaafde in de hoop dat ie dat aan zijn arme familie zal geven.
Directe hulp aan de bevolking lijkt mij de beste oplossing. Daar hebben de hulpbehoevende mensen meer aan en zal het regeringsbeleid op het gebied van hulpverlening geloofwaardiger maken en meer draagvlak bij de belastingbetaler creëren.
Zo zijn er meer onderwerpen (Zorg!, Milieu -gas /diesel-, Defensie, Buitenlandse politiek), die heel andere vragen vergen, dan de bekende, vooraf opgelegde.
Helaas laten veel journalisten en gespreksleiders het afweten en leggen zij hun integriteit gemakkelijk opzij. Zij kiezen voor het geld van hun werkgevers in de mediawereld. Zij beperken zich tot de vooraf vastgestelde vragen. Journalistiek is te koop en daarmee is een onafhankelijke, objectieve en kritische benadering van politieke kwesties onmogelijk.