"Als je pas getrouwd bent, krijg je koekjes bij de thee, Lever op je brood en kinderen op je schoot...." Zo klinkt het oude liedje. Al gaat het in dit liedje met de kinderen wel heel erg snel. Waarschijnlijk geschreven door een RK schrijver of voor mensen die moesten trouwen. Wie zal het zeggen? In een latere versie is de lever vervangen door honing. Zo ver gaat het met sommigen onder ons.
Vandaag ben ik weer aan het koken. We eten zelfgemaakte nasi goreng, met een gebakken kippenpoot en een restje Hollandse rendang, beter bekend als hachee. Vanwaar de tekst van het liedje? Nou, ik maak dit keer ook gebakken levertjes. Kippenlevertjes. Ja, van tijd tot tijd eens zondigen doe ik dus ook. Dat maakt mijn leven aangenaam; verantwoord zondigen. Ook de zorg voor mijn gezondheid moet leuk blijven. We
hebben geen abonnement op de snackbar, komen nauwelijks bij de McDonald's en de pizzakoerier kent ons adres niet. Dus een keer lekker zondigen mag. Eerlijk gezegd weet ik niet eens meer wanneer ik ze voor het laatst gegeten heb. Maar dat kan aan mijn geheugen liggen.
Ik maak die kippenlevertjes lekker pittig met de kleine hete pepertjes. Die wrijf ik vooraf fijn in de vijzel (tjobek dus). Voor de rest de bekende kruiden, waaronder natuurlijk knoflook (vers) en de onmisbare trassi. Ik heb er ook een handje gesneden rode paprika bij gedaan. En een fijn gesnipperde uit.
Ik eet die levertjes niet alleen bij de nasi, maar ook op de boterham. Mijn vader sneed gebakken lever in reepjes voor op zijn brood. Dat waren grote levers. Die vind ik minder fijn smaken. Een reepje te veel en weg is al het voorgaand genieten. Misschien is dat ook de reden, dat ik ze niet zo vaak eet.