Nou, het is voor de vogels hier een waar voedselparadijs geworden. Een vier sterren voerplek. Het zijn vooral mezen, die erop afkomen. Zowel de bekende kool- als de pimpelmees. Maar ook merels, lijsters, vinken en roodborstjes. Van de mezen hebben de kleintjes de grotere koolmezen aardig onder de duim. Ze zijn ook erg fanatiek. Zouden die grote mezen de pimpelmezen soms ook k*tmezen noemen? De kleintjes zijn net kinderen. Ze bewaken het voedsel zonder er zelf van te eten. Ze hebben de maagjes weliswaar vol, maar dat wil niet zeggen dat andere vogels bij het voedsel mogen komen. Net kinderen en speelgoed.
Zo’n baasje gaat na het eten op het dakje van het voederhuisje zitten. En o wee als een ander uit de pot pindakaas wil eten. Dan worden er flinke pikken uitgedeeld. Soms maken de koolmezen zich wat groter, door hun vleugels wat te spreiden. Maar ook dat helpt niet altijd.
Ze zijn inmiddels aan onze aanwezigheid in en om het huisje gewend. Ik niet aan hen. Vanmiddag zat zo’n kleine fluiter op de rugleuning van een terrasstoel, die vlakbij het raam staat, naar mij te kijken. Ik dacht : "Dat doe je toch niet?" Hij keek mij echt brutaal aan, alsof ie zei : “Zal ik jou ook even pikken?” Maar ja, dat pik ik dus niet. Ik dacht trouwens dat alleen roodborstjes tegen het raam tikten.