Toen ik vanmorgen naar de loods reed, was de weg deels afgezet. Ze gaan daar opnieuw asfalteren. Er stond een verkeersregelaar midden op mijn rijbaan. Met zijn rug naar mij toe. Zo ziet die man toch zeker niets? Of heeft ie net als mijn moeder ogen op zijn rug. Toen ik belde, schrok ie en draaide hij zich snel om. Meneer was met zijn telefoon bezig (natuurlijk). Ik groette hem desondanks met een 'goede morgen'.
Zo, ik heb de afgelopen dagen flink mijn best gedaan. De opgelopen achterstand van het werk in de loods is volledig weggewerkt. Ik heb er wel extra tijd ingestoken. Vanwege andere bezigheden op de vrijdag wilde ik per se vandaag de klus geklaard hebben.
Nu heb ik alleen last van vermoeide voeten en wat pijnlijke handen. Maar ach, daar staat tegenover dat ik mijn doel bereikt heb. Ik ben begonnen zonder doel. Meer in de geest van blik op oneindig en verstand op tien. Ik ben daar meestal alleen en moet dus voorzichtig tewerk gaan. Als ik zie, dat aan de overkant de buurman buiten bezig is, houd ik de overheaddeur geopend. Dan kan ie mij beter horen gillen of roepen. Vandaag was ie de hele dag bezig met zijn jeep. Dat kon ook vanwege het zonnige weer. Ik dacht al weer aan vakantie. Ik bedoel, we zijn al weer een week thuis.
Na twee lange ochtenden kon ik een doel stellen. Toen was het helemaal duidelijk wat me nog te wachten stond. Om de vrijdag vrij te houden heb ik wel vanmiddag nog de klus afgemaakt. Er ligt nu een aardige buts, maar nogmaals ik ben helemaal bij! Komende weken kan ik weer rustig aan doen.