In het algemeen vind ik het al vreemd, dat wanneer er niet gegroet wordt. Zoals in een wachtkamer, waar ik op zo'n moment als enige zit te wachten. Als er dan iemand binnenkomt, mij aankijkt en gaat zitten zonder een woord te zeggen, vind ik dat raar. Pas als ik groet, wordt er soms teruggegroet. Soms dus. Maar goed, niet iedereen is van het groeten. Ik noem het nog ouderwets 'fatsoen' opbrengen.
Het is wat anders wanneer ik zit te wachten en mijn eigen huisarts komt binnen en hij groet niet. Ook al ben ik op dat moment de enige. Hij kijkt me wel aan. Het is allemaal anders dan voorheen.
Vroeger was een arts een vertrouwenspersoon. Dat duidde op een speciale relatie tussen hem en zijn patiënt. Tegenwoordig verzwijgt zo'n iemand belangrijke zaken, die de gezondheid van zijn patiënten aangaat. Zoals besmet zijn met een gevaarlijk virus. Er komt na bekendmaking ook geen vertrouwelijk gesprek. Er wordt wel gelogen.
Als zo'n 'vertrouwenspersoon' ook nog ruzie maakt met zijn patiënten, dan is dat het bewijs dat weinigen nog vertrouwen in zo'n iemand hebben. Vanmorgen hoorde ik zo'n ruzie aan. De arts liet de merkbare boze patiënt niet even uitrazen, zoals ik dat geleerd heb gedurende mijn loopbaan. Nee, hij ging er vol tegenin. Tja, dan loopt het al snel uit de hand. Zo ben je toch geen vertrouwensman?
Ander blogs en websites
▼