Ander blogs en websites

maandag 5 maart 2018

Dat fiks ik wel even

Gistermiddag zag ik een interessante aflevering van Jacobine op zondag. Dit keer ging het over rouwverwerking door mannen. Ik herkende veel van de aspecten die besproken werden met een paar ervaringsdeskundigen en een theoloog.
Zo kwam ook ter sprake dat het beter is om de (vooral) psychische problemen te delen met anderen, om zodoende begrip en eventuele steun of hulp te krijgen. Ik hoorde ook dat de mannen niet gemakkelijk om hulp vroegen en dat er te snel geantwoord werd met 'Goed', op de vraag "Hoe is het met je?" Zo'n antwoord werd ook gemakkelijk geaccepteerd als zijnde de waarheid. De verwachting van je omgeving (vooral als er kinderen bij betrokken zijn) dat je als man / vader toch de kar blijft trekken, speelt daarin ook mee. Mannen zijn immers flink en stoer en huilen niet. Problemen zijn er volgens mannen om 'even' opgelost te gaan worden. Alsof het een kwestie van timmeren of schroeven is; dat fiks ik wel even. Ja,ja, heel herkenbaar.
Zelf heb ik nog steeds moeite met situaties, waarin ik geconfronteerd wordt met mijn doen en laten ten tijde van mijn zwarte periode of die het gevolg zijn van mijn beperkingen. Ik weet dan niet hoe ik daarop moet reageren. De wonden zijn weliswaar geheeld, maar de littekens blijven. Het lijkt een zwakte bod van mijn kant,wanneer ik zou refereren aan die moeilijke tijd en/of mijn veranderde geestestoestand. Niet iedereen accepteert zo'n antwoord. Hoe reageert een blinde wanneer iemand hem verwijtend toeroept : "Kijk toch eens uit je doppen!" of "Dat zie je toch zo?!" Ik herinner me nog die collega wiens rechter arm verlamd was. Toen hij mijn broer vroeg of ie zijn rekenmachine voor hem wilde verplaatsen, zei mijn broer gekscherend : "Je mankeert toch niets aan je handen?" Daar moest die collega zelf hartelijk om lachen. Waarom? Omdat zijn beperking voor iedereen zichtbaar was. Mensen die mij kennen mogen dus best vragen of ik soms gek ben. Haha!
Aan de andere kant is het ook weer niet erg, dat onbegrip. Het houdt in, dat die mensen blijkbaar nog geen ernstige zaken meegemaakt hebben. Wat dat betreft hoop ik voor ze, dat het lang zo mag blijven. Daar heb ik wel wat confrontaties met hen voor over.